Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Opdat gij eet het vlees [47]der koningen, en het vlees [48]der oversten over duizend, en het vlees der sterken, en het vlees der paarden en dergenen, die daarop zitten; en het vlees van alle vrijen en dienstknechten, en kleinen en groten. 47. Namelijk die den antichrist nog zullen aanhangen en voorstaan, en met hem tegen Christus zullen aanspannen, gelijk in vs.19 wordt verklaard. Want enige dezer koningen zullen deze hoer ook haten, en haar naakt stellen, en haar vlees eten, en haar verbranden; hfdst.17 vs.16. 48. Dat is, van alle soorten van krijgslieden, waaruit een groot leger placht te bestaan.